Voorstel

Voorstel

Samenvatting

Ondanks de onzekerheden waarmee we te maken hebben, ziet het financieel perspectief er voor dit jaar gunstiger uit ten opzichte van de 1e Voortgangsmonitor. We voorzien dit jaar een afwijking van het begroot resultaat van 4,4 miljoen euro positief. Dit heeft te maken met een voordeel op de algemene middelen van 1,6 miljoen euro en een voordeel op de programmamiddelen van 2,8 miljoen euro. Het voordeel op de algemene middelen is fors lager dan we in voorgaande jaren gewend zijn, als gevolg van lagere inkomsten uit het gemeentefonds. In het verwacht resultaat is geen rekening gehouden met de ontwikkeling van de planexploitaties.

Op de algemene middelen verwachten we een voordeel van 1,6 miljoen euro. Ten opzichte van de 1e Voortgangsmonitor vallen nu  een aantal taakmutaties uit het gemeentefonds vrij die optellen tot afgerond 1 miljoen euro. Naast een aantal plussen hebben we een tegenvaller door hogere rentelasten van 2,1 miljoen euro.

Vervolgens geven we bij de programma’s een beeld van specifieke ontwikkelingen. Die tellen op tot een voordeel van 2,8 miljoen euro. Dat voordeel komt voornamelijk door een aantal grote, zowel positieve als negatieve uitschieters. De energiekosten blijven hoog met een verwacht nadeel van afgerond 6,9 miljoen euro. Dit jaar hebben we de laatste financiële ondersteuning gegeven om exploitatietekorten in de culturele sector als gevolg van coronamaatregelen te compenseren. In 2023 gelden er geen beperkende maatregelen meer en laten we de nog beschikbare coronamiddelen van 2,2 miljoen euro vrijvallen.

In het sociaal domein verwachten we een groot voordeel op beschermd wonen van 12,9 miljoen euro maar zien we een fors tekort op de Jeugdzorg van 10 miljoen euro. We constateren dat er binnen het programma Welzijn, Wijkontwikkeling en Zorg zowel bij de Wmo als bij deJeugdhulp sprake is van een duidelijke ambulantiseringstrend: minder inwoners in zorg met verblijf, meer inwoners die zorg ontvangen in de thuissituatie. Deze ontwikkeling is positief en sluit aan bij onze beleidsdoelstellingen. Dit leidt er wel toe dat er enerzijds middelen overblijven bij Beschermd Wonen maar we anderzijds kostenstijging zien bij de Maatschappelijke Opvang, Wmo ambulant en ambulante zorgvormen bij Jeugdzorg. De inzet van onze buurtteams is om zelf meer basishulp te gaan verlenen en dit is in opbouw maar kost tijd. In de realisatie dit jaar zien we, ook onder invloed van maatschappelijke ontwikkelingen zoals bestaanszekerheid die onder druk staat en signalen over meer psychische problematiek bijvoorbeeld bij jong-volwassenen, dat de kosten voor ambulante Wmo, Jeugd en Jeugd-GGZ gegroeid zijn ten opzichte van vorig jaar. Ook zien we veel complexe situaties rond personen en gezinnen waarvoor zorginzet nodig is.

In het fysieke domein zien we bij de programmameldingen ook een aantal plussen en minnen, waarvan een groot incidenteel voordeel op de leges van bouwvergunningen van 3,6 miljoen euro. Wij hebben uw raad hier eerder over geïnformeerd. Daarnaast zijn in het programma Openbare ruimte meerjarig middelen in de begroting opgenomen voor het warmtefonds en de proeftuin aardgasvrije wijken Dukenburg. We verwachten dat een groot deel van deze middelen in 2023 niet meer tot besteding komen, onder meer omdat de wettelijke kaders voor de collectieve warmtevoorziening nog niet zijn vastgesteld. Om de middelen voor de komende jaren beschikbaar te houden voegen we ze toe aan de reserve Aardgasvrij.

Tegelijkertijd blijft het beslag op de uitvoeringskracht van onze organisatie onverminderd hoog in het realiseren van alle ambities en doelstellingen. Dit zien we onder andere terug bij de implementatie van nieuwe ICT-systemen en het terughalen van de BRIKS-taken. Maar ook de uitvoeringskosten in het fysiek domein staan onder druk die grotendeels voortkomt uit de interne toerekensystematiek van rendabele uren aan projecten. De herziening van deze systematiek is in voorbereiding.

Tot slot sluiten we deze monitor af met een verzamelvoorstel. Daarin zijn alleen wijzigingen opgenomen die budget neutraal zijn, waaronder ook budgetoverhevelingen naar volgend jaar. In geval van budgetoverheveling is de uitvoering van beleid vertraagd of uitgesteld door onder andere personele krapte. De wijzigingen in het Verzamelvoorstel betreffen beleidsarme begrotingsaanpassingen die vooral van belang zijn om de begrotingsuitvoering op orde te kunnen houden. Het vaststellen van deze aanpassingen is voorbehouden aan uw raad.

Voorstel

  1. Het raadsvoorstel ‘2 e Voortgangsmonitor 2023’, collegebesluit 14 november 2023, in te trekken en te vervangen door raadsvoorstel ‘2 e Voortgangsmonitor 2023’, collegebesluit 12 december 2023.
  2. De 2e Voortgangsmonitor 2023 vast te stellen.
  3. De begroting 2023 voor de meldingen zoals beschreven in de het hoofdstuk 'Meldingen in de begroting te verwerken' aan te passen;
  4. De aanpassingen zoals beschreven in het hoofdstuk 'Investeringen' vast te stellen;
  5. De budget neutrale wijzigingen zoals opgenomen in het Verzamelvoorstel vast te stellen;
  6. Begrotingswijziging BW-01896 (Meldingen Voortgangsmonitor 2023), BW-01897 (Verzamelvoorstel) en BW-01898 (Investeringen) vast te stellen.
Deze pagina is gebouwd op 12/14/2023 15:20:08 met de export van 12/14/2023 15:10:58